vrijdag 12 juni 2015

Is er een God buiten Mij? Er is geen andere Rots, Ik ken er geen (Jes. 44)


Deuteronomium 17; Psalm 104; Jesaja 44; Openbaring 14

We hebben al geleerd dat God tegen Israël zei ‘Gij zijt (…) mijn getuigen’ (Jes. 43:10, 12). Want de Israëlieten moesten getuigen dat God en alleen God al deze dingen voorzegd had, en dus het bewijs had geleverd dat Hij ze gedaan had, want Hij alleen is de soevereine God.

In Jesaja 44:6-23 worden deze thema’s samengevat (44:6-8). Alleen Jahweh is ‘de Koning en Verlosser van Israël, de HERE der heerscharen’ (44:6). God zegt’ Ik ben de eerste en Ik ben de laatste en buiten Mij is er geen God’ (44:6). Wat betreft zijn volk: ‘Weest niet verschrikt en vreest niet. Heb Ik het u niet van oudsher doen horen en verkondigd? Gij zijt mijn getuigen: is er een God buiten Mij? Er is geen andere Rots, Ik ken er geen’ (44:8). Maar indien alleen God God is, zijn allen die daar ook aanspraak op maken afgoden.

Zo leidt de samenvatting van dit thema een van de meest vernietigende veroordelingen in van afgoderij in de Bijbel.

Vanuit Gods perspectief is afgoderij altijd weerzinwekkend. In zekere zin is het de basiszonde, want afgoderij onttroont God en vervangt Hem door iets of iemand anders. Dit is waarom hebzucht afgoderij is (Kol. 3:5): we streven naar wat we begeren, en wat we zo hartstochtelijk nastreven wordt onze god.

De historische context van deze afwijzing is cruciaal, want afgoderij wordt niet alleen begaan door al de kleine naties rond Israël, maar ook door de regionale machten en door de opeenvolgende supermachten.

Onvermijdelijk schreven Egyptenaren en Assyriërs en Babyloniërs allen hun succes toe aan de macht van hun eigen goden. Maar hier is de God van klein Israël – verpletterd, verslagen, in ballingschap, zielig klein Israël – bewerend de enige God te zijn, de soevereine Heer, de machtige Schepper en voorzienige Heerser over alle koninkrijken van de aarde. En hij verwacht van zijn verbondsvolk dat ze van deze waarheid zullen getuigen in plaats van te bezwijken voor de afgoderij rond hen, die ze, bedroevend genoeg, uiterst aantrekkelijk vinden.

De vraag rond macht zal God op de lange termijn behandelen. Hier ligt de focus op het aantonen van de absurditeit van afgoderij en daardoor zijn geloofwaardigheid neer te halen (44:9-20). Wat aanvankelijk aantrekkelijk lijkt, daarvan wordt getoond dat het ridicuul is. De afgoderij die uitermate smadelijk is voor God, is ook uitermate dwaas.

De oplossing is tweevoudig. (a) Israël wordt opgeroepen terug te denken aan wat God gezegd heeft, wat God gedaan heeft (44:21), zeker het feit dat God Israël geformeerd heeft en tot zijn bevoorrechte knecht gemaakt heeft. (b) Israël wordt opgeroepen terug te keren tot God, want Hij heeft hen verlost (44:22). Dit moeten de voortdurende prioriteiten zijn van Gods volk: gedenken van alles wat God is, alles wat Hij gezegd en gedaan heeft; en wanneer we afdwalen, meteen en prompt tot Hem terugkeren (1 John 1:7-9).


Eigen vertaling van de overdenking bij 12 juni uit 'For the Love of God - Volume 2'. Dit is een dagboek door D.A. Carson, uitgegeven in 1999 door Crossway Books. Volumes van het dagboek kunnen in het Engels online gevolgd worden via de blog For the Love of God (The Gospel Coalition). For the Love of God volume II is beschikbaar in pdf-formaat voor gratis download via deze link naar For the Love of God Volume II. Met toestemming overgenomen van Crossway, de uitgeverstak van Good News Publishers, Wheaton, IL 60187, www.crossway.org Rechten Nederlandse vertaling: Jan Leplae – Niets van deze vertaling mag overgenomen worden zonder voorafgaandelijke schriftelijke toestemming.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten