Het ND bericht vandaag over het symposium rond marktgericht denken van afgelopen zaterdag: "Marketing mag, maar niet ten koste van het evangelie". Hieronder een flink stuk uit het artikel.Het gebruik van technieken uit de marketing om het evangelie aan de man te brengen is prima, mits de Bijbelse boodschap er niet voor wordt aangepast. Dat was de conclusie van een symposium van Tot Heil des Volks en de George Whitefield stichting, zaterdagochtend in de Amsterdamse Mozes en Aäronkerk.
(...)
,,Marketing is geen onschuldige reeks methoden en technieken die zomaar door de kerk kunnen worden overgenomen'', betoogde Jeroen Bol, voorzitter van de Whitefield Stichting. De ,,ideologie'' van de marketing is volgens hem een ,,vleesmolen'' die zich exclusief richt op ,,het tevredenstellen van de klant'' met een product dat naadloos past bij zijn behoeften. ,,Dat alleen al maakt marketing onverenigbaar met het evangelie, waarin geen sprake is van het uitwisselen van gelijkwaardige goederen, maar van Gods genade richting de mens die Hem nodig heeft.''
De kerk zou bepaalde technieken uit de marketing overigens wel kunnen gebruiken. ,,Het is voortreffelijk als we goed nadenken over hoe we het evangelie moeten communiceren, en over hoe we missionaire programma's moeten ontwikkelen - maar dat maakt nog geen marketingconcept'', stelde Bol in zijn inleiding.
,,Kerkelijke marketing is van alle eeuwen en alle tijden'', zei Sake Stoppels, docent kerkopbouw en diaconiewetenschap aan de Vrije Universiteit. Hij verwees daarbij naar het verhaal van Mozes en Aäron, toen de laatste door God als woordvoerder werd aangesteld omdat Mozes niet zo goed uit zijn woorden kwam. ,,Dat was de eerste marketingtechnische ingreep in de geschiedenis van Israël, notabene door God zelf.''
Verderop in de Bijbel zag Stoppels, die het begrip 'marketing' een stuk minder vergaand uitlegde dan Bol, meer voorbeelden van hoe de kerk haar boodschap kan brengen in de huidige tijd. ,,Jezus zocht altijd plekken op waar mensen waren met de behoeften van hun alledaagse leven'', zei de hoogleraar. ,,Hij had ook wel ontmoetingen in de synagoge, maar dat waren niet de meest vruchtbare.'' Volgens Stoppels is de kerk haar ,,monopolie op de markt van geluk, geloof en zingeving absoluut kwijt''. ,,Deze markt is geliberaliseerd, en de kerk zal zich daar op moeten instellen.''
(...)
Vanwege de verwarring was het beter te praten over 'doelgroepgericht denken', waarbij de kerk nadenkt over de beste manieren om aansluiting te vinden bij bepaalde groepen in de samenleving, stelde Wim Dekker.
(...)
Toen eenmaal duidelijk was dat 'marketing' voor deze gelegenheid zo ongeveer werd gedefinieerd als 'het communiceren van een onveranderlijk evangelie', bleken de gesprekspartners het minder oneens dan gedacht over de noodzaak nieuwe manieren te zoeken voor de kerkelijke verkondiging.
,,Onze kerk is kapotgegaan aan een theologie die het eigen Boek niet meer gelooft'', stelde Hans Eschbach, dominee in de Protestantse Kerk. ,,Er moet onderzoek gedaan worden naar hoe wij onze diepste missie het beste kunnen uitvoeren. Zoals het nu is, kan de kerk alleen mensen in de periferie van de eigen cultuur bereiken - meer van hetzelfde. Willen we nieuwe mensen bereiken? Dan moeten we op avontuur in de cultuur van deze wereld, met nieuwe ideeën.''
Peter Kos, voorzitter van de Evangelische Alliantie, zag wel wat in het ,,op een nuchtere manier gebruiken'' van inspirerende voorbeelden uit de Verenigde Staten, Engeland of uit het Zuiden. ,,Daarbij moeten wij altijd blijven kijken naar wat de Bijbel vindt. Als je dit goed weet samen te brengen, kunnen er heel mooie dingen gebeuren.''
Uit de discussie bleek overigens dat het boek van Gilley (Marktdenken in de kerk, JL) door veel panelleden niet met gejuich was ontvangen. ,,Het is van een stelligheid die wij van onze studenten niet zouden tolereren'', stelde docent Stoppels. ,,Laten we in het vervolg niet meer dit soort zure boekjes uitgeven, waarin mensen elkaar afkraken'', bepleitte Eschbach. ,,De duivel vindt het prachtig dat wij onze tijd steken in alles behalve wat wij als kerk moeten doen.''
In een reactie stelde directeur Henk van Rhee van Tot Heil des Volks het boek ,,zo weer uit te geven''. Hij ziet het vooral als een prikkelende aanzet tot ,,een discussie die niet op zijn beloop mag worden gelaten. En er heeft altijd al iets eigenwijs in onze organisatie gezeten.''