woensdag 28 januari 2015

'Dit betekent allemaal niets voor mij zolang ik Mordechai, die Jood, in de Koningspoort zie zitten' (Esth. 5)


Genesis 29; Matteüs 28; Esther 5; Handelingen 28

Drie opmerkingen die voortspruiten uit Esther 5:

Ten eerste vraagt het tempo van het verhaal om een opmerking in verband met de cultuur. In onze cultuur zijn er veel omstandigheden waarin onmiddellijk beslissen vereist is. Dit geldt al evenzeer op kerkelijk vlak als in de politiek. We merken iets op dat volgens ons onrechtvaardig is en onmiddellijk grijpen we naar de telefoon, vuren we e-mails af, of hokken we bijeen over een kop koffie om de situatie te bespreken.

Natuurlijk vragen bepaalde situaties om snelheid. Steeds weerkerend uitstel is geen deugd. Maar heel wat situaties, en in het bijzonder wanneer het om menselijke relaties gaat, zouden baat hebben bij extra tijd, een trager tempo, een periode om na te denken.

We zagen al dat het nieuws over Hamans complot verspreid is doorheen het rijk. Daarom ging er heel wat tijd voorbij vooraleer Mordechai Esther benaderde en haar uitdaagde om te handelen. Zelfs dan stormde ze nog niet meteen tot in de tegenwoordigheid van de koning. Ze veroorloofde zich drie dagen van voorbereiding en gebed.

Nu bevindt ze zich in de tegenwoordigheid van de koning. Haar onbevoegde intrede werd aanvaard. Maar in plaats van meteen het probleem uit te leggen, nodigt ze rustig de koning en Haman uit voor een besloten banket. Wanneer ze daar aankomen verlaagt ze het tempo zelfs nog verder, en ze bouwt verwachting op door een vervolgbanket voor te stellen, waarop ze alles zal onthullen.

Ten tweede staat Haman voor een machtswellustige man. Hij is in hogere sferen omdat alleen de koning en hijzelf uitgenodigd zijn voor Esthers banket (5:9, 12). Zijn roem bestaat uit zijn rijkdom en zijn publieke verhoging boven de andere edelen (5:11). Het is voor hem niet genoeg om rijk en machtig te zijn; hij moet rijker en machtiger zijn dan anderen.

Ongetwijfeld zullen sommige lezers veronderstellen dat dergelijke verleidingen hen niet echt kunnen treffen, omdat ze geen toegang hebben tot de mate van rijkdom en macht die hen kwetsbaar zou maken. Dit is naïef. Kijk maar hoe vaak mensen, christen mensen, in de tegenwoordigheid van wat zij grootheid achten, immoreel worden, onwijs of makkelijk te manipuleren

Een van de grote deugden van ware heiligheid, een deugd die op onberispelijke wijze weerspiegeld wordt in de Heer Jezus, is het vermogen om op dezelfde manier om te gaan met zowel rijken als armen, of zowel sterken als zwakken. Let op voor zij die in hun nopjes zijn over rijkdom en macht en opscheppen over de machtige mensen die ze kennen. Hun geestelijke mentor is Haman.

Ten derde staat Haman voor een man die zich overgeleverd heeft aan haat. Al zijn sterktes en voordelen betekenen, ook naar hijzelf toegeeft, niets voor hem wanneer hij denkt aan Mordechai, ‘die Jood’ (5:13, NBV).

Het enige dat hem zijn verrukking kan teruggeven is het vooruitzicht van Mordechais dood (5:14). Hier vind je eigenliefde terug, het hart van alle zonde, sociaal op zijn dieptepunt: in haar bandeloze vorm, zweert ze dat ze de eerste zal zijn en wil ze de dood van iedereen die de vervulling van deze eed in de weg staat.


Eigen vertaling van de overdenking bij 28 januari uit 'For the Love of God - Volume 2'. Dit is een dagboek door D.A. Carson, uitgegeven in 1999 door Crossway Books. Volumes van het dagboek kunnen in het Engels online gevolgd worden via de blog For the Love of God (The Gospel Coalition). For the Love of God volume II is beschikbaar in pdf-formaat voor gratis download via deze link naar For the Love of God Volume II. Met toestemming overgenomen van Crossway, de uitgeverstak van Good News Publishers, Wheaton, IL 60187, www.crossway.org Rechten Nederlandse vertaling: Jan Leplae – Niets van deze vertaling mag overgenomen worden zonder voorafgaandelijke schriftelijke toestemming.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten