zondag 24 maart 2013

Een schone vrouw zonder verstand (Spr. 11)


Exodus 35; Johannes 14; Spreuken 11; Efeziërs 4
Ik wil de aandacht vestigen op drie spreuken, of toch een soort spreuken, in Spreuken 11:

(1) Net als Spreuken 10 bevat dit hoofdstuk diverse spreuken die focussen op de tong, op het menselijk spreken. Het volledige gedeelte 11:9-14 behandelt een of ander aspect van hoe de mond zowel een zegen kan blijken als een vloek.

Onder de interessantste elementen vind je de dubbele vermelding van het feit dat het meest goddelijke dat een mond soms kan doen bestaat uit zwijgen: ‘een verstandig man zwijgt stil … wie betrouwbaar van geest is, houdt een zaak verborgen’ (11:12, 13).

Een ander opvallend kenmerk van dit gedeelte is zijn aandrang dat de mond zowel een volledige stad tot zegen kan zijn (en in principe een land), als de stad kan vernietigen (11:10, 11, 14). De ene tong biedt wijze raad, profetische vermaning, strategische planning, volkomen integriteit in zaken van regering en jurisprudentie, een respectvolle nederigheid in de omgang met anderen, en duidelijke bemoediging om in de vreze des Heren te wandelen. De andere tong is hoogmoedig, bedrieglijk, bereid om zowel de wettelijke als judiciële processen te schenden, egoïstisch en manipulatief.

(2) ‘Als een gouden ring in een varkenssnuit is een schone vrouw zonder verstand’ (11:22). Qua structuur is het Hebreeuws een eenvoudig parallellisme zonder predicaat: ‘Een gouden ring in een varkenssnuit / Een schone vrouw zonder verstand’.

Om de Hebreeuwse subtiele vergelijking expliciet te maken (aangezien de Engelstalige en Nederlandstalige poëzie niet zo afhankelijk is van parallellisme als de Hebreeuwse poëzie), heeft de NBG-vertaling een vergelijking gemaakt. Maar het punt is hetzelfde, en de beeldtaal wonderlijk evocatief.

De grote halfwilde varkens van de antieke wereld hadden ringen in hun neus om hen onder controle te kunnen houden. Nooit waren deze ringen van goud gemaakt! De duidelijke dwaasheid van het beeld zou voor de Jood een vleug van afkeer meedragen, aangezien varkens onreine dieren waren.

Op dezelfde schaal maar in een andere grootte, wordt de uitmuntendheid van schoonheid in een vrouw neergehaald, en verlaagd tot het niveau van een weerzinwekkende grap, wanneer de vrouw zelf geen omzichtigheid toont. Er is heel wat in onze cultuur, en niet alleen in Hollywood, waar we kunnen leren van deze spreuk.

(3) Er zijn er, die uitstrooien en toch nog meer verkrijgen; terwijl anderen meer inhouden dan recht is en toch gebrek lijden’ (11:24). De paradox is een ander kenmerk van veel spreuken. Dit soort uitdrukkingen is veel krachtiger dan een eenvoudige vermaning als ‘We zouden vrijgeviger moeten zijn’, of een eenvoudige slogan ‘Vrijgevigheid loont’, of iets dergelijks.

In de manier waarop onze voorzienige God het universum georganiseerd heeft, heeft de vrijgevige hand, als regel, veel te geven. Heel vaak eindigt de zelfzuchtige gierigaard in bittere armoede. Kun je voorbeelden bedenken?


Eigen vertaling van de overdenking bij 24 maart uit 'For the Love of God - Volume 2'. Dit is een dagboek door D.A. Carson, uitgegeven in 1999 door Crossway Books. Volumes van het dagboek kunnen in het Engels online gevolgd worden via de blog For the Love of God (The Gospel Coalition). For the Love of God volume II is beschikbaar in pdf-formaat voor gratis download via deze link naar For the Love of God Volume II. Met toestemming overgenomen van Crossway, de uitgeverstak van Good News Publishers, Wheaton, IL 60187, www.crossway.org Rechten Nederlandse vertaling: Jan Leplae – Niets van deze vertaling mag overgenomen worden zonder voorafgaandelijke schriftelijke toestemming.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten