zondag 25 mei 2008
"Religie is helemaal niet terug"
Het Nederlands Dagblad bericht over een studiedag rond jongeren en geloof, onder de titel "Kerk op zoek naar jonge zinzoekers":
"Kerken moeten op zoek naar de zinzoekers onder jongeren, volgens sociologe Monique van Dijk. Jongeren houden er een vaag godsbeeld op na.
Zoek de jongeren op de plekken waar ze zijn, in plaats van hen te benaderen vanuit de kerk of het vak levensbeschouwing op school. Gebruik andere woorden dan de geijkte religieuze taal, die jongeren niets meer zegt. Dat advies gaf dr. Monique van Dijk-Groeneboer gisteren tijdens een symposium in Utrecht. ,,Er zijn veel zinzoekers onder jongeren, aan wie kerken hun verhaal kunnen brengen en die op hun beurt kerken en jeugdwerkers informatie kunnen verschaffen over hoe jongeren met religie bezig zijn'', motiveerde de wetenschapster, verbonden aan de Universiteit van Tilburg, voor een volle zaal met godsdienstsociologen, kerkelijk werkers en godsdienstonderwijzers.
Het symposium was georganiseerd door de Vlaams-Nederlandse werkgroep godsdienstsociologie en het tijdschrift Religie en Samenleving. Van Dijk presenteerde een - nog niet helemaal afgerond - onderzoek onder 2050 havo- en vwo-scholieren op rooms-katholieke middelbare scholen, het derde onderzoek in tien jaar tijd.
Er was weinig nieuws onder de zon: jongeren geloven wel in 'iets', in een hogere macht, maar hebben de traditionele godsbeelden van geloof en kerk afgezworen. Ze knutselen hun eigen religieuze bouwwerk in elkaar.
Vage godsbeelden, vallend onder het begrip ietsisme , scoorden in het onderzoek het hoogst. Hoe concreter het godsbegrip, hoe minder aanhangers. Op de vraag of God voor hen de God van de Bijbel is, antwoordde 22 procent 'ja'; 16 procent gelooft in een God die zich in Jezus Christus heeft doen kennen. De top drie van belangrijke levensdoelen is: 'vrij en onafhankelijk zijn', 'een gelukkige relatie hebben', 'een goed mens zijn'.
Praktisch theoloog Ruard Ganzevoort presenteerde een ander onderzoek, onder 592 studenten van christelijke pabo's. Daaruit kwam naar voren dat jongeren begrippen als heil en onheil nauwelijks religieus duiden. En als ze dat al doen, dan vooral bij moeilijke ervaringen op het gebied van gezondheid, relaties of werk. Bij geloof denken ze niet aan 'het diepste van jezelf', maar eerder aan een leidende kracht.
,,Als we religieuze termen gebruikten, dan kelderde het cijfer. Een soort pavlovreactie, los van de inhoud: zodra God of geloof genoemd wordt, is er een groep die automatisch 'nee' zegt. Zodra we die termen weglieten, gaven ze een genuanceerder oordeel'', aldus Ganzevoort.
Respect
Er zijn nog wel jongeren die geloof belangrijk vinden, zei Van Dijk, en jongeren die uitgaan van een waarde als respect. ,,Vanuit dit wat vage, grijze, ietsistische gebied kunnen jongeren wellicht ineens, onverwacht geraakt worden door geloof of religie.'' In de richting van het publiek: ,,Hier ligt voor u misschien een taak.''
Ganzevoort vertelde van studentes die openstonden voor religie: een zocht het in moderne hekserij, een ander vond haar heil in een pinkstergemeente, weer een ander zocht het in een traditioneler christelijk geloof. ,,Wat hen verbindt, is dat geloof te maken heeft met het positieve. Het is niet om iets op te lossen.''
Kerken moeten zich niet rijk rekenen, zei Ganzevoort. Religie is helemaal niet terug in de samenleving, zoals alom wordt beweerd. ,,Voor de meesten is religie iets wat je erbij doet.'' Hij adviseerde geen verlossingsgeloof uit te dragen. Jongeren voelen zich redelijk gelukkig en ervaren geen schuld waarvan ze verlost moeten worden. ,,Verder moeten we van buiten naar binnen leren denken. Niet wat wij hun geven moet centraal staan, maar wat er al aan geleefde religie aanwezig is bij jongeren.''"
Abonneren op:
Reacties posten (Atom)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten