2 Kronieken 29, Openbaring 15, Zacharia 11, Johannes 14Met uitzondering van slechts een paar verzen heeft het meeste materiaal in 2 Kronieken 29-31 geen parallel in 2 Koningen. Deze hoofdstukken bieden ons een gedetailleerd verslag van hoe koning Hizkia handelde om de tempeldienst opnieuw in te voeren naar de Wet Gods die Mozes had overgeleverd, en hoe hij toen het verbondsvolk bijeenriep uit Juda en zelfs enkelen uit Israël om het Pascha te vieren zoals het al een tijd niet meer gebeurd was.
We kunnen hier focussen op 2 Kronieken 29. De afgoderij had het volk zodanig in zijn greep dat de tempeldienst in onbruik geraakt was. De tempel was verworden tot een opslagruimte voor rommel; zelfs de deuren moesten hersteld worden. Nog altijd maar vijfentwintig jaar oud, opende koning Hizkia in de eerste maand van zijn regering (29:3) de deuren en liet ze herstellen.
Hij vond een aantal priesters en Levieten en droeg hen op zich te heiligen volgens de rituelen die de Wet voorzag, en zich toe te leggen op het reinigen, herstellen en het terug heiligen van de tempel.
Bovendien erkende Hizkia dat de mislukkingen uit het verleden op dit vlak de toorn van God hadden opgeroepen (29:6). Hij was niet zo dwaas te denken dat de mislukkingen slechts een louter rituele kwestie waren: hij zag het grotere plaatje, maar begreep dat de harten van zowel priesters, Levieten, volk als koning volkomen vervreemd waren van God. Zijn openlijke bedoeling was om dit patroon te keren en een verbond te sluiten met de Heer (29:10).
De rest van het hoofdstuk biedt meer details over wat gedaan werd. Meer priesters en Levieten kwamen aan boord. De muziekinstrumenten die David bepaalde werden opnieuw in gebruik genomen. Zelfs kleine afwijkingen van de Wet worden opgetekend, zoals de toelating die de Levieten kregen om de offerdieren te huid te helpen afstropen, te wijten aan het feit dat er op dat moment te weinig priesters geheiligd waren (29:32-34).
‘Aldus werd de dienst van het huis des HEREN hersteld. Jechizkia (of ‘Hizkia’, HSV) en het gehele volk verheugden zich over wat God zijn volk bereid had, want onverwacht was deze zaak geschied’ (29:35-36; of ‘heel snel’ i.p.v. ‘onverwachts’, NBV).
Zo gaat het wanneer er een diepgaande een aanzienlijke revival komt. Het is onvermijdelijk zo dat God een leider doet opstaan wiens profetische aandrang onweerstaanbaar blijkt, eerst voor enkelen, en dan voor een grote massa. En in de beste gevallen duurt het niet lang vooraleer mannen en vrouwen terugkijken en zich verwonderen over hoe snel het aanzien der dingen enorm veranderde.
Terecht concluderen ze dat de enige verklaring kan zijn dat God zelf het gedaan heeft – dit wil zeggen, dat de transformatie uiteindelijk niet kan toegeschreven worden aan ijver om te hervormen of aan organisatietalent, maar aan een God die de harten van mensen veranderd heeft.
Eigen vertaling van de overdenking bij 24 december uit 'For the Love of God - Volume 1'. Dit is een dagboek door D.A. Carson, uitgegeven bij IVP in 1998 (rechten liggen bij Crossway). Het dagboek kan in het Engels online gevolgd worden via de blog For the Love of God (The Gospel Coalition) of is beschikbaar in pdf-formaat voor gratis download via deze link naar For the Love of God Volume I. Met toestemming overgenomen van Crossway, de uitgeverstak van Good News Publishers, Wheaton, IL 60187, www.crossway.org Rechten Nederlandse vertaling: Jan Leplae – Niets van deze vertaling mag overgenomen worden zonder voorafgaandelijke schriftelijke toestemming.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten