2 Kronieken 26; Openbaring 13; Zacharia 9; Johannes 12
Zacharia 9-14 vormt een tweede en onderscheiden deel van het boek. Met hun apocalyptische beelden en kleurrijke metaforen bevatten deze hoofdstukken veel stukken die moeilijk te begrijpen zijn. Meestal echter is de algemene gedachtegang duidelijk genoeg.
Zacharia 9 kan worden onderverdeeld in drie gedeeltes:
(1) Het eerste is een ‘godsspraak’ (9:1-8). Het ongewone woord dat wordt gebruikt suggereert iets van dwang: deze godsspraak is een ‘last’ voor de profeet [zie ook de HSV-vertaling, JL], en hij kan die niet inhouden. In het verleden kwamen de meeste vijanden van Israël vanuit het noorden. In deze godsspraak echter is het Jahweh zelf die vanuit het noorden naar het Beloofde Land optrekt.
De vermelde opeenvolging van steden maakt de geografie duidelijk: Hij zal alle steden lang de kust verslaan en naar zijn eigen huis komen (9:8) en zijn eigen volk beschermen. De ultieme hoop van Gods volk ligt in iets dat dramatischer is dan de terugkeer uit ballingschap die ze al hebben meegemaakt. De ultieme hoop ligt in de allerhoogste bezoeking van de Almachtige God.
(2) Het tweede gedeelte schildert de aankomst van de koning (9:9-10). Deze verzen lopen over van de allusies op eerdere Oudtestamentische passages – op de figuur beschreven in Genesis 49:10-11, op de Koninklijke daden van Micha 5:10, op de omvang van zijn koninkrijk in Psalm 72:8, enzovoort.
Kortom, het personage is messiaans, maar de voorgaande verzen beschrijven hoe Jahweh zelf zijn volk komt redden. Zo is dit gedeelte in een aantal opzichten verwant aan Jesaja 9:1 e.v.: ook daar kijkt een profeet vooruit naar een Davidische koning, maar dan een die genoemd wordt ‘sterke God’.
Matteüs 21:5 en Johannes 12:15 alluderen op dit gedeelte in hun respectievelijke verslagen van Jezus’ triomfantelijke intocht in Jeruzalem. Geen van hen verwijst naar vers 10, want de beide evangelisten zijn zich bewust dat er nog maar een gedeeltelijke vervulling plaatsvond in hun tijd.
Onvoorwaardelijke ontwapening en onvoorwaardelijke vrede onder de volken (9:10) wachten op de voleinding. In dit soort gedeeltelijke citaten van een Oudtestamentische tekst volgen ze het voorbeeld van de Heer Jezus, die om exact dezelfde reden – dat is omdat het eindoordeel nog in de toekomst ligt – bepaalde gedeelten van Oudtestamentische passages citeert en andere dan weer niet (vgl. Matt. 11:2-19 en de overdenking van 1 juli).
(3) God spreekt nog steeds, en Hij geeft ons alle reden tot blijdschap (9:11-17). Hij zal zelf komen en de gevangenen vrijlaten, want zijn verbondstrouw is verzegeld met bloed – niet alleen in het verbond van Abraham (Gen. 15:9-11) maar ook in zijn uitbreiding in het Mozaïsch verbond (Ex. 24:8), en op zijn hoogst in het bloed van het nieuwe verbond dat vergoten werd op een heuvel buiten Jeruzalem (zie Mk. 14:24).
Eigen vertaling van de overdenking bij 22 december uit 'For the Love of God - Volume 2'. Dit is een dagboek door D.A. Carson, uitgegeven in 1999 door Crossway Books. Volumes van het dagboek kunnen in het Engels online gevolgd worden via de blog For the Love of God (The Gospel Coalition). For the Love of God volume II is beschikbaar in pdf-formaat voor gratis download via deze link naar For the Love of God Volume II. Met toestemming overgenomen van Crossway, de uitgeverstak van Good News Publishers, Wheaton, IL 60187, www.crossway.org Rechten Nederlandse vertaling: Jan Leplae – Niets van deze vertaling mag overgenomen worden zonder voorafgaandelijke schriftelijke toestemming.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten