dinsdag 10 december 2013

Hij legde hun uit, wat in al de Schriften op Hem betrekking had (Lk. 24)

2 Kronieken 10; Openbaring 1; Zefanja 2; Lukas 24
De opgestane Jezus verscheen aan zijn discipelen bij diverse gelegenheden. Hier denken we na over Lukas 24:36-49.

Ongeacht wat de Bijbel zegt over de getransformeerde aard van het opstandingslichaam (in het bijzonder 1 Kor. 15), wijkt Jezus in dit gedeelte van zijn weg af om aan te tonen dat Hij niet een gedematerialiseerd lichaam is of een geest zonder lichaam.

Hij kan worden aangeraakt; de wonden van de nagels kunnen worden gezien (dit is de betekenis van zijn woorden, ‘Ziet mijn handen en mijn voeten, dat Ik het zelf ben’ [24:39]); Hij spreekt over zichzelf als iemand die ‘vlees en beenderen’ heeft; terwijl Hij wat voedsel eet in het bijzijn van zijn discipelen (24:42-43).

Dit is volkomen consistent met andere stemmen in het Nieuwtestamentisch getuigenis. Het is onvoorstelbaar heerlijk: de dood is verslagen, en de langverwachte koning, eens gekruisigd, is nu in leven.

Maar Jezus benadrukt dat zijn discipelen niet verwonderd mochten zijn. Hij had al een tijd voorzegd dat Hij zou sterven en weer opstaan, maar ze hadden geen begrippen om zijn woorden in hun volle kracht te kunnen aanvaarden.

Nu gaat Hij verder: wat met Hem is gebeurd, is een vervulling van wat over Hem staat geschreven ‘in de wet van Mozes en de profeten en de psalmen’ (24:44 – d.w.z. in alle drie de delen van de Hebreeuwse canon, waarnaar vaak op precies dezelfde manier wordt verwezen).

Dat Jezus dit aan hen moet uitleggen, behelst natuurlijk dat zij de Schriften op het vlak van zijn persoon echt niet goed hebben begrepen. Dus nu opent Hij hun verstand om dit euvel te verhelpen (24:45).

Hij doet dit door samen te vatten wat de Schriften zeggen – net zoals Hij op weg naar Emmaüs aan de twee discipelen precies hetzelfde uitlegde. Bij die gelegenheid begon Hij met Mozes en al de profeten ‘en legde hun uit, wat in al de Schriften op Hem betrekking had’ (24:27).

Jezus las het Oude Testament duidelijk op een geïntegreerde manier, met Hemzelf in het centrum ervan. Vanuit de Nieuwtestamentische verslagen die door Jezus’ rechtstreekse discipelen en erfgenamen zijn opgeschreven, kunnen we een behoorlijk volledig beeld krijgen van hoe Hij zichzelf op dit vlak zag.

Hij zag zich niet alleen als de rechtmatige messiaanse koning in de lijn van David, maar ook als de lijdende knecht die verwond zou worden voor onze overtredingen. Hij wist dat Hij niet alleen het zoenoffer was, maar ook de priester die het offer bracht.

Hij was niet alleen de gehoorzame Zoon die de taak vervulde die zijn Vader Hem had gegeven, maar ook het eeuwige vleesgeworden Woord dat de Vader volmaakt kon openbaren tegenover een generatie van opstandige beelddragers. En zoveel meer. En al deze dingen moeten wij ook zien, en neerbuigen in eerbiedige, vreugdevolle aanbidding.


Eigen vertaling van de overdenking bij 10 december uit 'For the Love of God - Volume 2'. Dit is een dagboek door D.A. Carson, uitgegeven in 1999 door Crossway Books. Volumes van het dagboek kunnen in het Engels online gevolgd worden via de blog For the Love of God (The Gospel Coalition). For the Love of God volume II is beschikbaar in pdf-formaat voor gratis download via deze link naar For the Love of God Volume II. Met toestemming overgenomen van Crossway, de uitgeverstak van Good News Publishers, Wheaton, IL 60187, www.crossway.org Rechten Nederlandse vertaling: Jan Leplae – Niets van deze vertaling mag overgenomen worden zonder voorafgaandelijke schriftelijke toestemming.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten