"... Wanneer de duivel komt en zegt 'Jij hebt geen grond om op te staan, je bent veroordeeld, het is uit met je', dan moet je zeggen: 'Nee! Mijn positie is niet afhankelijk van wat ik deed of niet deed; ze hangt altijd af van de gerechtigheid van de Heer Jezus Christus.'
Draai je naar de duivel en zeg hem 'Mijn relatie met God is geen knipperlichtrelatie. Het is niet zo dat ik een kind van God ben en dan weer niet. Dat is niet de basis waarop ik sta, dat is niet mijn positie. Toen God me genadig was, toen maakte Hij mij zijn kind, en ik blijf zijn kind. Een zeer zondig en een zeer onwaardig kind misschien, maar nog altijd zijn kind!
En nu, wanneer ik in de zonde val, dan heb ik niet tegen de wet gezondigd, ik heb gezondigd tegen de liefde. Zoals de verloren zoon kan ik tot mijn Vader teruggaan en Hem zeggen 'Vader, ik ben niet waard om uw zoon te genoemd te worden.' Maar Hij zal me omhelzen en me zeggen 'Vertel geen nonsens, je bent Mijn kind'. En Hij zal zijn liefde over me uitstorten!
Dat is de betekenis van de borstplaat van de gerechtigheid aandoen! Sta de duivel nooit toe om je in een toestand van veroordeling te duwen. Sta een bepaalde zonde nooit toe om je positie tegenover God in vraag te stellen. Die kwestie is afgehandeld."
(Martyn Lloyd-Jones, The Christian Soldier, pag. 255 - eigen vertaling)
schoon hé
BeantwoordenVerwijderen