vrijdag 10 januari 2014

Wie zijn kruis niet opneemt en achter Mij gaat, is Mij niet waardig (Mt. 10)

Genesis 11; Matteüs 10; Ezra 10; Handelingen 10
Terwijl Hij met ontferming is bewogen wanneer de scharen Hem doen denken aan schapen zonder een herder, instrueert Jezus zijn discipelen: ‘Vraag dus de eigenaar van de oogst of hij arbeiders wil sturen om de oogst binnen te halen’ (Matt. 9:38) – en dan organiseert Hij een zendingsopdracht als training voor de twaalven die zijn kring van vertrouwelingen vormen (Mat. 10).

Er zijn heel wat mooie dingen uit dit hoofdstuk te leren. Te oordelen naar de beschrijving (bijv. 10:18) beschouwt Jezus het als een soort voorbode van een missie die een leven lang zal duren. Hier moet ik focussen op slechts één element.

Dat element is de conflictsgraad die Jezus voorziet bij deze evangelistische onderneming. Soms zullen hele gemeenschappen Jezus’ volgelingen verwerpen (10:11-14). Als ze in latere jaren met hun getuigenis de hoogste regeringskringen zullen bereiken, dan zullen diezelfde regeringen toch soms harde sancties opleggen (10:17-19).

De prioriteiten van het evangelie zullen een dusdanige breuk brengen binnen families dat sommige gezinsleden andere zullen verraden (10:21, 35). In het slechtste geval zal de vervolging christen getuigen van de ene naar de andere stad achtervolgen (10:22-23). In bepaalde gevallen zal die vervolging eindigen in martelaarschap (10:28).

Iedereen die ook maar een beetje vertrouwd is met de geschiedenis weet hoe vaak en huiveringwekkend deze profetieën werden vervuld. Het feit dat velen in het Westen grotendeels voor zo lange tijd gevrijwaard bleven van de ergste vormen van deze vervolgingen, heeft gemaakt dat we minder op onze hoede zijn – zelfs christenen kunnen denken dat de maatschappij ons een probleemloos leven verschuldigd is.

Maar nu het judeo-christelijke erfgoed van het Westen verzwakt, zouden we ons op een dag wel eens kunnen bevinden in de realiteit die zendingsspecialisten wel kennen maar de rest van ons soms negeert: de voorbije anderhalve eeuw bracht meer bekeringen, en ook meer martelaren dan de eerste 18 eeuwen samen.

Wat zal ons houvast bieden in dergelijke tijden? Dit hoofdstuk vermeldt diverse kostbare punten van steun: de erkenning dat onze Meester Jezus al gehaat werd voor ons (10:24-25); de verzekering dat op het einde gerechtigheid zal geschieden en dat zal zichtbaar worden dat die gerechtigheid geschiedt (10:26-27); de erkenning dat een gezonde vrees voor God de vrees voor mensen doet afnemen (10:28); rustig vertrouwen in de soevereiniteit van God, zelfs in deze omstandigheden (10:29-31); de bemoedigende erkenning dat zij die ons ontvangen ook Christus ontvangen, en daarmee ook God (10:40); Christus’ eigen belofte dat de beloningen van de eeuwigheid niet kunnen ontbreken (10:41-42).

In elk geval staat een fundamenteel principe op het spel: het is de manier waarop christenen dingen zien; het is zelfs verbonden met het christen zijn. ‘Wie niet zijn kruis op zich neemt en mij volgt, is mij niet waard. Wie zijn leven probeert te behouden zal het verliezen, maar wie zijn leven verliest omwille van mij, die zal het behouden’ (10:38-39).


Eigen vertaling van de overdenking bij 10 januari uit 'For the Love of God - Volume 1'. Dit is een dagboek door D.A. Carson, uitgegeven in 1998 door Crossway Books. Volumes van het dagboek kunnen in het Engels online gevolgd worden via de blog For the Love of God (The Gospel Coalition). For the Love of God volume I is beschikbaar in pdf-formaat voor gratis download via deze link naar For the Love of God Volume I. Met toestemming overgenomen van Crossway, de uitgeverstak van Good News Publishers, Wheaton, IL 60187, www.crossway.org Rechten Nederlandse vertaling: Jan Leplae – Niets van deze vertaling mag overgenomen worden zonder voorafgaandelijke schriftelijke toestemming.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten