dinsdag 4 september 2012

'Saul vroeg de HERE, maar de HERE antwoordde hem niet' (1 Sam. 28)


1 Samuël 28, 1 Korinthiërs 9, Ezechiël 7, Psalm 45
Er zijn diverse vragen over de dodenbezweerster uit Endor (1 Sam. 28) die we niet kunnen beantwoorden. Werd de profeet Samuël werkelijk opgeroepen door haar activiteiten als medium, of was dit een of andere demonische misleiding? Indien Samuël opgeroepen werd, was dit een uitzondering op wat God normaal toestaat of beveelt? En indien het werkelijk Samuël is, waarom zou hij dan bereid zijn om Saul ook maar te antwoorden, en daardoor tegemoetkomen aan Sauls begeerte naar kennis over de toekomst, door welke middelen ook, zelfs middelen die specifiek veroordeeld werden in Israël?

Terwijl het moeilijk is om bepaalde van deze vragen met zekerheid te beantwoorden, springen er een aantal punten in het oog.

(1) Wat zondig is in spiritisme is niet dat het nooit werkt (soms kan het gaan om manipulatieve hocus pocus; soms kan het werkelijk antwoorden bieden), maar dat het in de kaart speelt van het demonische. Bovenal trekt het mensen af van God, die alleen heerst over zowel het heden als de toekomst. Richting vinden voor je leven via dergelijke middelen, zal je niet alleen vroeg of laat doen dwalen, het is op zich al een teken van opstand – een vreselijke manier om duidelijk te maken dat het je niet kan schelen wat God zegt.

(2) Saul speelt hier de rol van de hypocriet. Aan de ene kant heeft hij de dodenbezweerders en waarzeggers uit het land verwijderd (28:3); aan de andere kant verlangt hij wanhopig zelf naar een van hen. Had Saul langer geleefd, dan had zijn dubbelhartigheid onmogelijk lang verborgen kunnen blijven voor het volk. Zelfs de fundamenten van orde en recht in een maatschappij verbrokkelen wanneer de machthebbers niet alleen vallen voor de persoonlijke hypocrisie van een gevallen mensheid, maar ook in publieke overtredingen van de wet die ze zelf bij eed moeten navolgen.

(3) Wanneer God niet antwoordt via een van de wegen die Hij zelf aanwees (28:6, 15), vormt dit geen bevel om God ongehoorzaam te zijn, maar tot berouw, volharding en geduld. Er is iets bedroevend meelijwekkend aan het zoeken van Gods leiding terwijl je rustig daden stelt die God zelf verboden heeft.

(4) De kern van de zonde van Saul is wat hij al een hele tijd is. Hij wil een afgerichte god, een god als de geest in Aladdins lamp, een god die zich verbindt tot het doen van wonderlijke dingen voor hem zolang hij die lamp vasthoudt. Op de een of andere manier voelt hij dat David nu de lamp vasthoudt en wenste wel dat hij die macht terug kon krijgen. Maar ondertussen heeft hij niet door dat de ware God moet worden aanbeden, geëerbiedigd, gehoorzaamd, gevreesd en geliefd – onvoorwaardelijk. Hier is een man die zichzelf ziet als het centrum van het heelal; alle goden die er ook maar zijn moeten hem dienen. Wanneer de verbondsgod van Israël hem niet helpt zoals hij dat wil, dan is Saul bereid om andere goden te vinden. Dit is de kiem van alle afgoderij.


Eigen vertaling van de overdenking bij 4 september uit 'For the Love of God - Volume 1'. Dit is een dagboek door D.A. Carson, uitgegeven bij IVP in 1998 (rechten liggen bij Crossway). Het dagboek kan in het Engels online gevolgd worden via de blog For the Love of God (The Gospel Coalition) of is beschikbaar in pdf-formaat voor gratis download via deze link naar For the Love of God Volume I. Met toestemming overgenomen van Crossway, de uitgeverstak van Good News Publishers, Wheaton, IL 60187, www.crossway.org Rechten Nederlandse vertaling: Jan Leplae – Niets van deze vertaling mag overgenomen worden zonder voorafgaandelijke schriftelijke toestemming.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten