woensdag 18 maart 2015

Nader niet tot de vreemde vrouw (Spr. 5)


Exodus 29; Johannes 8; Spreuken 5; Galaten 4

Alles in Spreuken 5 is een waarschuwing, in wijsheidscategorieën, tegen het zwichten voor een overspelige – een waarschuwing die blijft terugkeren in de openingshoofdstukken van dit boek (bijv. 6:20-35; 7:1-27). Soms lijkt het erop dat gedacht wordt aan een hoer; soms gaat het algemeen om overspeligheid.

In een tijd met verhoogde gevoeligheid rond stereotypen, hebben sommigen het kwalijk genomen dat de persoon die verleidt telkens een overspelige vrouw is. Is het in de echte wereld niet zo dat de verleider minstens net zo vaak mannelijk is, dus een overspelige man?
We zouden er veel over kunnen zeggen, maar vier korte bemerkingen zullen volstaan.

(a) Voor een deel betreft de waarschuwing een overspelige vrouw, omdat die gericht is tot ‘mijn zoon’ (5:1), wat volgt uit de fundamentele structuur van het genre (1:8; zie de overdenking voor 15 maart).

(b) Maar zelfs dan is de ‘zoon’ die valt voor de overspelige zeker niet gevrijwaard van schuld. De dwalende zoon in dit hoofdstuk wordt neergezet als meer dan een slachtoffer. Dit is de zoon die ‘tucht haat’ en wiens hart ‘de vermaning versmaadt’ (5:12). Er wordt van hem gezegd ‘Zijn ongerechtigheden vangen de goddeloze, in de strikken zijner zonde raakt hij vast’ (5:22). Hij is schuldig aan ‘grote dwaasheid’ (5:23).

(c) In dit boek zullen zowel wijsheid als dwaasheid later verpersoonlijkt worden als vrouwen (Spr. 9; zie de overdenking voor 22 maart). Met andere woorden, er is geen eenduidige verbinding tussen vrouwen en het kwaad. Mannen zijn vaak zondig, en dit geldt ook voor vrouwen. Beide worden opgeroepen om ‘Vrouwe Wijsheid’ na te volgen.

(d) In elk geval zijn er in de bredere canon veel plaatsen waar de voornaamste schuld voor seksueel wangedrag duidelijk bij de man op de stoep wordt gelegd. Dit geldt bijvoorbeeld voor de affaire van Juda met Tamar, voor de verkrachting door Amnon van zijn halfzuster, voor David die Batseba verleidt. Overspel zelf is verkeerd, of zondig, of kortzichtig, of ongedisciplineerd – welke omschrijving Spreuken ook gebruikt – en niet slechts de overspelige vrouw.
Het hoofdstuk komt niet alleen met waarschuwingen, maar biedt ook een alternatief: een huwelijk dat wordt gekoesterd, ontwikkeld, gevoed en vooral op het seksuele terrein (5:18-19).

Maar boven alle onmiddellijke en culturele redenen voor seksuele trouw in het huwelijk is er een van doorslaggevend belang: ‘Want voor de ogen des HEREN liggen ieders wegen open, Hij weegt al zijn gangen’ (5:21). Er zijn natuurlijk diverse vergelijkbare verzen in de Schrift – bijv. ‘geen schepsel is voor Hem verborgen, want alle dingen liggen open en ontbloot voor de ogen van Hem, voor wie wij rekenschap hebben af te leggen’ (Heb. 4:13). Maar in de context van de Wijsheidsliteratuur, is er een bijkomende ondertoon. Niet alleen ziet God alle dingen, inclusief elk seksueel wangedrag, maar het maakt deel uit van wijsheid, de wijsheid om je leven in Gods universum op Gods manier uit te leven, om onze Schepper te behagen.


Eigen vertaling van de overdenking bij 18 maart uit 'For the Love of God - Volume 2'. Dit is een dagboek door D.A. Carson, uitgegeven in 1999 door Crossway Books. Volumes van het dagboek kunnen in het Engels online gevolgd worden via de blog For the Love of God (The Gospel Coalition). For the Love of God volume II is beschikbaar in pdf-formaat voor gratis download via deze link naar For the Love of God Volume II. Met toestemming overgenomen van Crossway, de uitgeverstak van Good News Publishers, Wheaton, IL 60187, www.crossway.org Rechten Nederlandse vertaling: Jan Leplae – Niets van deze vertaling mag overgenomen worden zonder voorafgaandelijke schriftelijke toestemming.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten