zaterdag 7 maart 2015

Christelijk leiderschap, iemand? (2 Kor. 6)


Exodus 18; Lukas 21; Job 36; 2 Korinthiërs 6
Een van de meest treffende visies op apostolisch dienstwerk wordt gevonden in 2 Korinthiërs 6:3-10. Je hebt er maar weinig kennis van zijn brieven voor nodig om te merken dat Paulus niet bereid is om compromissen te sluiten over het evangelie. Hij is meer dan bereid om de schande van het kruis te dragen.

Maar even duidelijk is zijn bereidheid om gelijk welk persoonlijk ongemak of lijden te verdragen om maar de boodschap te kunnen overbrengen. ‘Wij geven in geen enkel opzicht enige aanstoot’, zo schrijft hij, ‘opdat onze bediening niet gesmaad worde’ (6:3).

Door wat hij ‘onze bediening’ noemt te handhaven, is Paulus niet bekommerd om zijn persoonlijke reputatie te vrijwaren, maar zijn geloofwaardigheid als een ambassadeur van Jezus Christus, als een dienstknecht van God. Dus gaat hij verder ‘maar wij doen onszelf in alles kennen als dienaren Gods’ (6:4).

Je zou je kunnen laten misleiden door die laatste zin, zowel in de tijd van Paulus als in die van ons. Want een dienaar van het evangelie die zich vandaag ‘in alles laat kennen’ of ‘bekendmaakt’, dat klinkt nogal als een lelijk stukje profileringsdrang.

Je verbeelding gaat aan de haal: de boekenstand van de gemeente die T-shirts verkoopt met ‘Ik hou van mijn voorganger Jan’ prominent op de borst, een opgewekte fanfare telkens hij de preekstoel beklimt, enzovoort.

De wereld van het oude Korinthe zou Paulus’ woorden eveneens verkeerd interpreteren. Zoveel rondtrekkende leraars poogden zich in hoge mate te profileren. Dat was hoe ze leerlingen wonnen – door zichzelf aan te bevelen, expliciet en impliciet, als de beste in wat ze deden.

Maar het eigen aanbevelen van Paulus neemt plots een wending die noch de zelfprofilerende types uit het oude Korinthe, noch hun zachte echo’s in de moderne Westerse kerk zouden willen volgen. Het kader waarin Paulus zichzelf aanbeveelt als een dienstknecht van God, is niet dat van ordinaire eigendunk, oud of modern.

Paulus en andere dienstknechten van God bevelen zichzelf aan ‘in veel dulden, in verdrukkingen, in noden, in benauwdheden, in slagen, in gevangenschappen, in oproeren, in moeiten, in nachten zonder slaap, in dagen zonder eten’ (6:4b-5).

In moeiten of hard werk? De leraars van toen werden verondersteld te denken en te onderwijzen, niet om hard te werken met hun handen. In ‘oproeren’? Er wordt van christen apostelen verondersteld dat ze zichzelf aanbevelen als dienstknechten van God door de manier waarop ze zichzelf gedragen in oproeren!

Paulus gaat door: ze moeten zich aanbevelen ‘in reinheid, in kennis, in lankmoedigheid, in rechtschapenheid, in de heilige Geest, in ongeveinsde liefde, in de prediking van de waarheid, in de kracht Gods; met de wapenen der gerechtigheid in de rechterhand en in de linkerhand’ (6:6-7).

Dan zijn er de verschillende verwachtingen die mensen van je hebben: dienstknechten van God moeten zichzelf aanbevelen ‘onder eer en smaad, in kwaad gerucht en goed gerucht’ (6:8). De dienstknechten zijn ongetwijfeld oprecht, maar velen zullen hen zien als bedriegers. Paulus rondt zijn lijst af met een litanie van verbazingwekkende paradoxen (6:9-10).
Christelijk leiderschap, iemand?


Eigen vertaling van de overdenking bij 7 maart uit 'For the Love of God - Volume 2'. Dit is een dagboek door D.A. Carson, uitgegeven in 1999 door Crossway Books. Volumes van het dagboek kunnen in het Engels online gevolgd worden via de blog For the Love of God (The Gospel Coalition). For the Love of God volume II is beschikbaar in pdf-formaat voor gratis download via deze link naar For the Love of God Volume II. Met toestemming overgenomen van Crossway, de uitgeverstak van Good News Publishers, Wheaton, IL 60187, www.crossway.org Rechten Nederlandse vertaling: Jan Leplae – Niets van deze vertaling mag overgenomen worden zonder voorafgaandelijke schriftelijke toestemming.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten