De volgende lezing in deze reeks vindt volgende week vrijdag plaats: 29 januari.
Dan spreekt Ger De Koning over "de hel". U bent welkom, en dat is niet ironisch bedoeld.
2. De Nieuwe Hemel en Nieuwe Aarde is een tempelstad
DE TEMPELSTAD HEEFT DE HEERLIJKHEID VAN GOD EN SCHITTERT ALS JASPISSTEEN (10-11)
Niets minder dan de schitterende pracht die Johannes eertijds zag afstralen van Gods troon vervult en doordringt de gehele tempelstad. Gods heerlijkheid vervult de nieuwe hemelse samenleving als zijn heiligdom, ze straalt al de schoonheid van Gods heiligheid uit. De profeet Zacharia sprak over een komende dag het volgende:
"Als die tijd aanbreekt, zal zelfs op de bellen van de paarden gegraveerd staan: ‘Aan de HEER gewijd’. De kookpotten in de tempel zullen dienen als offerschalen voor het altaar. Alle kookpotten in Jeruzalem en Juda zullen aan de HEER van de hemelse machten gewijd zijn." (Zach.14:20-21)
“Aan de Here gewijd” stond gegraveerd op de gouden plaat boven de tulband van de hogepriester. Op een toekomende dag zou de volledige stad Jeruzalem een heiligdom voor God zijn. Zodat zelfs alle paarden en alle kookpotten in Jeruzalem en Juda aan de Here gewijd zijn, zoals het kostbare tempelgerei dat alleen gebruikt mocht worden om God te dienen in Zijn heiligdom. Het nieuwe Jeruzalem, Gods volk, is Gods volmaakte heiligdom.
Vandaar de kubusvorm van de tempelstad en de gouden straten in de stad. Er was slechts één ruimte in het Oude Testament die een kubusvorm had en bekleed was met puur goud: het binnenste heiligdom van de tempel van Salomo.
In de Nieuwe Hemel en Nieuwe Aarde is er geen tempel van steen en cement, God de Almachtige en het Lam is haar tempel (vers 22).
“EEN MET HANDEN GEMAAKT HEILIGDOM”
Mozes moest de tent waarin God zou wonen tijdens de woestijnreis nauwkeurig bouwen naar het model van wat hij op de berg gezien had. Deze tent van God, en later de tempel, was enkel een fysiek schaduwbeeld, een gelijkenis, van de hemelse realiteit die Mozes op de berg had gezien. Het was slechts een met mensenhanden gemaakt heiligdom. Salomo besefte al bij de inwijding van de eerste tempel de betrekkelijkheid van zijn fenomenaal bouwwerk.
Zou God dan waarlijk op aarde wonen? Zie, de hemel, zelfs de hemel der hemelen, kan U niet bevatten, hoeveel te min dit huis dat ik gebouwd heb. (1Kon 8:27)God zal zichzelf een tempel bouwen. Hij kondigt de eerstesteenlegging van die nieuwe tempel aan in de dagen van Jesaja toen Gods volk de tempel van steen en cement ging beschouwen als een beschermend amulet dat veiligheid en bescherming bood niettegenstaande hun boosheid, onrecht en afgoderij.
Maar dit zegt God, de HEER: Ik leg in Sion een fundament met een uitgelezen grondsteen, een kostbare hoeksteen.
Wie zijn vertrouwen daarop grondvest, hoeft geen andere toevlucht te zoeken. (NBV Jes.28:16)
Ruim 700 jaar later wandelt er een man door de straten van Jeruzalem, naar het tempelhuis waar hij met een zweep van touwen allen uit de tempel drijft en de platte commercie van schapen, runderen en duiven een halt toeroept. Zijn gezag wordt onmiddellijk door de autoriteiten in Jeruzalem in vraag gesteld. “Welk teken toont u ons dat u deze dingen doet?” vragen ze verontwaardigd. Hij antwoordt hen echter: “Breek dit tempelhuis af en in 3 dagen zal ik het oprichten.” Een tempel waaraan ze al 46 jaar aan het renoveren waren ... zou hij die in 3 dagen opbouwen??
Kort voor zijn arrestatie had Jezus nog een laatste confrontatie met diezelfde overheden en hij hield hen als een spiegel een gelijkenis voor: “de gelijkenis van de onrechtvaardige landlieden die de zoon van de wijngaardenier zouden vermoorden”. Hij eindigt met de woorden:
Hebt u nooit gelezen in de Schriften: ‘De steen die de bouwlieden hebben verworpen, die is geworden tot een hoeksteen; van de Heer is dit gebeurd en het is wonderlijk in onze ogen’? (Mt21:42)
Jezus, nu verworpen door de overheden, identificeert zich als de hoeksteen van Gods nieuwe tempel. Uiteindelijk arresteren ze Jezus en moet hij terechtstaan, ze zoeken een vals getuigenis maar vinden er geen. Tenslotte komen er 2 mensen die ironisch genoeg van Hem getuigen:
Wij hoorden Hem zeggen: Ik zal dit met handen gemaakte tempelhuis afbreken en na drie dagen een ander, zonder handen gemaakt, opbouwen. (MK.14:58)
Jezus zweeg en antwoordde hierop niets. En toen ze Hem gekruisigd hadden liepen de mensen hoofdschuddend aan Hem voorbij en zeiden: “Ha, u die het tempelhuis afbreekt en in drie dagen opbouwt, verlos Uzelf en kom van het kruis af!” Toen Jezus stierf met een luide schreeuw en de geest gaf gebeurden er ontzagwekkende dingen:
En zie, het voorhangsel van het tempelhuis scheurde van boven naar beneden in tweeën; en de aarde beefde en de rotsen scheurden. En de graven werden geopend en vele lichamen van de ontslapen heiligen werden opgewekt; en zij gingen uit de graven na zijn opwekking en kwamen in de heilige stad en verschenen aan velen. Toen nu de hoofdman en zij die met hem Jezus bewaakten, de aardbeving zagen en de dingen die waren gebeurd, werden zij zeer bang en zeiden: Waarlijk, Deze was Gods Zoon! (Mt.27:51-54)
... Duisternis op de middag, een aardbeving, rotsen die scheuren, graven die opengaan ... Deze vreemde “eindtijdgebeurtenissen” kondigen het begin aan van het voorbijgaan van de eerste schepping en het begin van een nieuwe schepping.
Het gescheurde voorhangsel in de tempel is het directe resultaat van Jezus’ dood. Door Jezus dood is de betekenis en de functie van de met handen gemaakte tempel voorgoed achterhaald. Jezus had - zoals voorzegd - de met mensenhanden gemaakte tempel afgebroken, het tempelcomplex zou nog tijdens die generatie met de grond gelijk gemaakt worden. We naderen niet langer tot God door een met handen gemaakte tempel, God heeft 3 dagen na het kruis een begin gemaakt met het oprichten van Zijn tempel in de opgestane Jezus Christus. Petrus had Jezus horen getuigen, heeft Jezus dood en opstanding meegemaakt en getuigde na de pinksterdag in alle vrijmoedigheid tot zijn volksgenoten:
Deze is de steen die door u, de bouwlieden, is veracht, die tot een hoeksteen is geworden. En in niemand anders is de behoudenis; want er is ook onder de hemel geen andere naam onder de mensen gegeven waardoor wij behouden moeten worden. (Hd.4:11-12)
Voeg u bij hem, bij de levende steen die door de mensen werd afgekeurd maar door God werd uitgekozen om zijn kostbaarheid, en laat u ook zelf als levende stenen gebruiken voor de bouw van een geestelijke tempel. Vorm een heilige priesterschap om geestelijke offers te brengen die God, dankzij Jezus Christus, welgevallig zijn.
Jezus Christus is de levende steen, het begin van de nieuwe schepping de eerstgeborene uit de doden. Iedereen die tot Hem komt en Jezus erkent als de kostbare hoeksteen, die erkent dat Hij het leven heeft geleid dat wij hoorden te leven en de dood is gestorven die wij verdiend hadden te sterven, die wordt in Hem een nieuwe schepping:
Daarom, als iemand in Christus is, is hij een nieuwe schepping; het oude is voorbijgegaan, zie het is alles nieuw geworden. (2Kor.5:17)
Wat jou afkomst of verleden ook is, het maakt Jezus en de Vader niets uit: je wordt in Gods huisgezin opgenomen als een Zoon van de Vader. Je krijgt deel aan die hemelse samenleving en mag genieten van de hemelse gemeenschap van Gods onbedekte heerlijkheid. Het is jou vergund om Gods aangezicht te zien en te leven in eeuwigheid.
Wie overwint maak ik tot een zuil in de tempel van mijn God. Daar zal hij voor altijd blijven staan. Ik zal op hem de naam schrijven van mijn God en van de stad van mijn God, het nieuwe Jeruzalem dat bij mijn God vandaan uit de hemel zal neerdalen,… (NBV Opb.3:12)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten