donderdag 14 januari 2010

Tekst lezing "Een nieuwe hemel en een nieuwe aarde" (5)

Deel 5 van de lezing “een nieuwe hemel en aarde”, door Jos Vanlede. Gegeven op zaterdag 28 november, in CC De Steiger in Menen, in de reeks: “De eindtermen”.
De volgende lezing in deze reeks vindt plaats op vrijdag 29 januari. Dan spreekt Ger De Koning over "de hel".



EEN STAD DIE TEVENS EEN BRUID IS?

Er is in het boek Openbaring een grote tegenhanger voor het hemelse Jeruzalem, een andere stad die evenzeer als een vrouw gezien wordt: de stad Babylon. Die staat model voor de sociale, economische en godsdienstige cultuur die God als zijn grote vijand beschouwt.
En ik hoorde een luide stem vanuit de troon zeggen: Zie, de tabernakel van God is bij de mensen en Hij zal bij hen wonen, en zij zullen zijn “volken” zijn, en God Zelf zal bij hen zijn, hun God. (Opb.21:3)

Dit is niets minder dan de vervulling van de hoop van vele oudtestamentische passages.
Mijn woning (tabernakel) zal in jullie midden staan en ik zal nooit een afkeer van jullie krijgen. Ik zal in je midden verkeren; ik zal jullie God zijn en jullie mijn volk. Ik ben de HEER, jullie God, die jullie uit Egypte heeft geleid om je uit de slavernij te bevrijden.
Ik heb het juk gebroken waaronder je gebukt ging, zodat je weer met opgeheven hoofd kunt rondlopen. (Lev.26:11-13)


God openbaarde zich na de verlossing uit Egypte, daar bij de berg Sinaï aan geen enkel ander volk op de wijze waarop hij zich kenbaar maakte aan dit verloste volk. Later in het beloofde land verblijft God op de meest heilige plaats in de tempel en verschijnt Hij in de heerlijke wolk die het heiligdom vervult, waar de hogepriester slechts éénmaal per jaar in Gods nabijheid komt. De profeet Jeremia spreekt vele jaren later over een toekomstige dag waarvan God zegt:
Ik zal mijn wet in hun binnenste leggen en die in hun hart schrijven, Ik zal hun tot een God zijn en zij zullen Mij tot een volk zijn.

De nadruk gaat nu liggen op het innerlijke, God zal zijn wet in hun binnenste leggen, waarvan de Profeet Joël nog later in de geschiedenis zegt dat de Geest van God niet enkel zal komen over koning, priester en profeet, maar op alle mensen jong en oud. God zal in hen zijn woning maken zoals Ezechiël aankondigt:
Mijn woning zal bij hen zijn; Ik zal hun tot een God zijn, en zij zullen Mij tot een volk zijn. (Ezech.37:28)

De hele heilsgeschiedenis door is het God erom te doen dat Hij de volken die hem allen toebehoren zich eigen wil maken. De hele geschiedenis door werkt God naar de voleinding, het moment waarop God alles in allen zal zijn. God zal in de Nieuwe Hemel en Nieuwe Aarde volkomen vreugde en voldoening in zijn volk vinden en zijn volk in Hem, zonder enige terughouding of belemmering, zonder enige schaamte of weerzin.

Wat dit werkelijk zal betekenen vinden we in het volgende vers:
En Hij zal elke traan van hun ogen afwissen, en de dood zal niet meer zijn, noch rouw, noch geschrei, noch pijn zal er meer zijn, want de eerste dingen zijn voorbijgegaan. (Opb.21:4)

Dit aangrijpende beeld van Gods persoonlijke vertroosting zoals een moeder haar kind vertroost, toont ons dat het Gods aanwezigheid is die ervoor zorgt dat de eerste dingen voorgoed verdwijnen. De bijzonder intieme omgang tussen God en mensen zal zo volmaakt zijn dat geen enkele vorm van kwaad de relatie tussen God en de mens ooit nog zal kunnen bevlekken of bederven. Dood en pijn, rouw en geschrei maken deel uit van een gebroken wereld die nooit meer terugkomt. Jesaja had hierover al gesproken:
Hij zal voor eeuwig de dood vernietigen, en de Here HERE zal de tranen van alle aangezichten afwissen en de smaad van zijn volk zal Hij van de gehele aarde verwijderen, want de HERE heeft het gesproken. (Jes.25:8)


EEN BRUID DIE VOOR HAAR MAN VERSIERD IS…

Nu gaat u misschien beter begrijpen waarom de stad van God ook gezien wordt als een bruid die klaargemaakt is om met haar geliefde samen te zijn. De fysieke eenwording van een man en een vrouw die elkaar liefhebben, is de hoogste vorm van intimiteit en vreugde die mensen maar kunnen beleven in deze wereld.

Zo wil Johannes dat we gaan denken over de omgang die we als gelovigen samen met God zullen kennen in de Nieuwe Hemel en Nieuwe Aarde. Het is natuurlijk geen seksuele intimiteit, maar het is wel het beste wat je op aarde kan vinden die tot op zekere hoogte hiermee vergeleken kan worden.

Iedere gelovige die God toebehoort, heeft in zijn leven van die momenten waarop hij zich heel dicht in Gods nabijheid weet en een voorsmaak geniet van de hemelse vreugde en intimiteit met God. Wat zal het zijn wanneer we onze God, de Heer Jezus zijn aangezicht zullen aanschouwen in zijn volle heerlijkheid?

SAMENGEVAT

Zoals de stad een beeld is van de hemelse samenleving, zo is het beeld van de bruid een beeld van hemelse intimiteit met God die in de Nieuwe Hemel en Nieuwe Aarde volmaakt genoten zal worden. Dat de bruidsstad er komt is een feit. Geen engel, maar God in Hoogsteigen persoon zegt tegen Johannes: “schrijf het maar op, het komt eraan!” (vers 5)

Geen opmerkingen:

Een reactie posten