Dit weekend in het Nederlands Dagblad gelezen naar aanleiding van een congres van de Evangelische Alliantie in Houten:
‘Stop met jongeren de kerk binnen te lokken’
"Kerken moeten stoppen met hun pogingen jongeren de kerk binnen te lokken. Het instituut kerk en jongeren met elkaar verbinden is onmogelijk, concludeert Harmen van Wijnen, directeur van twee protestantse jongerenorganisaties."
Nog een paar uitgebreide fragmenten uit het artikel:
"Trucjes om jongeren de kerk binnen te krijgen, werken niet. 'Dat heeft de kortstondige hype van de jeugdkerken laten zien. Concurreren met de echte experts op het gebied van entertainment lukt de kerk nooit.'"
"De afgelopen jaren is hij erachter gekomen dat het 'een mission impossible is jongeren en kerk iets voor elkaar te laten betekenen'."
Overdracht van de traditie noemt Van Wijnen nu "de zwakte omdat die traditie nauwelijks meer landt in het leven van jongeren in deze tijd en samenleving. Binnen tien jaar tijd zal de orthodoxie onder de jongste generatie dan ook volledig geïmplodeerd zijn."
"In de minder orthodoxe gemeenten - waarbinnen JOP actief is - zijn jongeren boven de twaalf jaar nauwelijks meer te vinden. JOP mag dan zijn gegroeid tot een groot netwerk van jeugdwerkers, maar dat komt niet zozeer door een toename van het aantal jongeren. 'De groei zit in de oudere groep die gefrustreerd is en geld investeert in jeugdwerk dat ze zelf niet meer kan uitvoeren.'"
Volgens Van Wijnen ziet de kerk zichzelf ten onrechte "als een aan de tijd ontheven instituut".
"Het is daarom beter te stoppen te proberen de verbinding tussen de kerk en jongeren te blijven leggen, maar 'na een diepe bezinning opnieuw te beginnen'. Wat Van Wijnen betreft moet de kerk vanwege de individualisering in de samenleving 'een gemeenschap van hoop en verwachting' worden. 'Van kerk als instituut waarbinnen de gemeenschap vorm kan krijgen, naar kerk als vorm van gemeenschap die waar nodig institutioneel wordt ondersteund.'
In plaats van naar jongeren te kijken als 'een generatie van kerkverlaters, randkerkelijken en buitenkerkelijken' vindt hij dat je beter naar hen kijkt als 'een generatie van hoop en verwachting'.
Zijn oplossing is een nieuwe beweging, 'vanuit de kerk letterlijk de samenleving in. Op zoek naar bestaande netwerken van jongeren om daar deel van uit te gaan maken. Dat is ook kerk-zijn: weinig instituut, veel onderlinge betrokkenheid. Te helpen daar waar hulp nodig is, te spreken waar gesproken wordt, een bijdrage te leveren aan de cultuur daar waar dat mogelijk is.'
"Van Wijnen denkt dat het zo mogelijk is 'het evangelie present te stellen in het midden van ons leven en onze netwerken. Niet om de relaties met jongeren te gebruiken om ze op te roepen mee te komen naar 'de kerk', maar om in deze netwerken de dieper liggende kernen van het christelijk geloof te leven en beleven. Daar aanwezig zijn, is kerk zijn.'"
Het Reformatorisch Dagblad bezocht hetzelfde congres. Daar klinkt het: „Minder interesse jeugd voor kerk”.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten