“Christus stierf om ons te redden.
Waarvan redt Hij ons door zijn dood? Niet van deze ‘tegenwoordige boze wereld’, zoals de NBG(-vertaling) stelt. Want het is niet Gods bedoeling om ons uit de wereld te nemen, maar om ons erin te laten blijven om zowel ‘het licht van de wereld’ als ‘het zout van de aarde’ te zijn. Christus stierf juist om ons te redden ‘uit deze tegenwoordige boze eeuw’ (zie de Telos-vertaling, JL), of zoals misschien valt weer te geven, uit deze tegenwoordige eeuw van de boze, omdat hij (de duivel) daar de heer van is.
Laat me dit uitleggen. De Bijbel verdeelt de geschiedenis in twee tijdperken: ‘deze eeuw’ en ‘de toekomende eeuw’. Hij zegt ons bovendien, dat ‘de toekomende eeuw’ al gekomen is, omdat Christus die heeft ingeluid, hoewel de huidige nog niet volledig voorbij is gegaan.
Dus hebben de twee tijdperken een parallel verloop. Ze overlappen elkaar.
Christelijke bekering betekent uit het oude tijdperk verlost zijn en overgezet zijn in het nieuwe tijdperk, ‘de toekomende eeuw’. En het christelijk leven is in dit tijdperk het leven leiden van de toekomende eeuw.
De bedoeling van Christus’ dood was dus niet slechts om ons vergeving te schenken, maar ook dat wij na vergeving te hebben verkregen een nieuw leven zouden leven, het leven van de toekomende eeuw. Christus heeft zichzelf gegeven voor onze zonden, om ons te trekken uit de tegenwoordige boze eeuw.” (Gal. 1:4)
Bron: ‘De boodschap van Galaten’ door John Stott, BSV-serie, uitg. Novapres, pag. 17.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten