2 Kronieken 9, Judas, Zefanja 1, Lukas 23
‘Geliefden, toen ik mij er met alle inzet toe zette u te schrijven over de gemeenschappelijke zaligheid, werd ik genoodzaakt u te schrijven met de aansporing om te strijden voor het geloof dat eenmaal aan de heiligen overgeleverd is. Want er zijn sommige mensen binnengeslopen, die tot dit oordeel al lang tevoren opgeschreven zijn, goddelozen’ (Judas 3-4 [HSV]). Merk op:
(1) Soms is het goed te strijden voor het geloof. Dit is natuurlijk niet altijd de juiste weg: vaker moet de nadruk eerst liggen op verkondiging, waarbij we de hele raad Gods uitdragen en opnieuw uitdragen. Soms blijkt een vriendelijk antwoord of ernstige smeekbede de wijzere koers. Maar hier roept Judas zijn lezers op te strijden voor het geloof.
(2) Hetgeen waarvoor we moeten strijden is het geloof dat eens en voorgoed werd toevertrouwd aan de heiligen. De plaats waar het geloof in dergelijke gevallen wordt aangevallen is verbonden met een bepaald standpunt dat zichzelf omschrijft als ‘progressief’, ‘eigentijds’ of ‘avant-gardistisch’ – maar ook onvermijdelijk bereid is om iets op te offeren dat ‘eenmaal aan de heiligen is overgeleverd’. Natuurlijk is dat laatste soms niets meer dan een appèl aan ongegronde traditie, maar dit is niet wat er in dit geval gaande is. Hier offeren de ‘progressieven’ iets op dat al van helemaal in het begin essentieel was aan het evangelie.
(3) In bepaalde gevallen is strijden voor het geloof (wat niet mag verward worden met lichtgeraakt zijn over het geloof) wat we prioritair moeten doen. Dat is waarom Judas zonder meer kan toegeven dat hij gehoopt had iets anders te kunnen schrijven, maar zich genoodzaakt voelde zich aan die dringender taak te wijden. Hoe storend ook, wanneer essentiële waarheden worden ontkend, en de ontkenning door steeds meer mensen wordt geloofd, gaat strategische wijsheid tijdelijk voor op ander dienstwerk en focust die op het onmiddellijke dringende gevaar.
(4) De noodzaak om het felst te strijden doet zich meestal voor wanneer er stemmen van dwaalleer opgaan in de kerk. Wanneer zij die de waarheid tegenstaan zich buiten de kerk bevinden, is de urgentie er niet om te strijden voor het geloof dat eenmaal aan de gelovigen werd overgeleverd - hoewel sommige christenen de diverse redeneringen moeten weerleggen (bijvoorbeeld voor evangelisatiedoeleinden).
Eenmaal dergelijke mensen echter de kerk kunnen binnensluipen, zodat heel wat naïeve christenen hun leer aannemen zonder dat ze doorhebben dat die schadelijk is, dan is vastberaden strijd onvermijdelijk. Dergelijke mensen moeten niet alleen worden weerlegd, maar ook onder tucht gebracht – en dit laatste kan niet worden bereikt zonder het eerste.
(5) De specifieke goddeloosheid die Judas in dit geval ontkracht is een bepaalde verwrongen lezing van het evangelie, die het evangelie vervormt tot ‘voorwendsel voor losbandigheid’ (vers 4 [NBV]). Elke lezing van het evangelie die immoraliteit aanmoedigt of de effectiviteit van Jezus’ redding ontkent, moet wel verkeerd zijn en als goddeloos worden afgewezen.
Eigen vertaling van de overdenking bij 9 december uit 'For the Love of God - Volume 1'. Dit is een dagboek door D.A. Carson, uitgegeven in 1998 door Crossway Books. Volumes van het dagboek kunnen in het Engels online gevolgd worden via de blog For the Love of God (The Gospel Coalition). For the Love of God volume I is beschikbaar in pdf-formaat voor gratis download via deze link naar For the Love of God Volume I. Met toestemming overgenomen van Crossway, de uitgeverstak van Good News Publishers, Wheaton, IL 60187, www.crossway.org Rechten Nederlandse vertaling: Jan Leplae – Niets van deze vertaling mag overgenomen worden zonder voorafgaandelijke schriftelijke toestemming.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten