Mensen zoeken een verklaring voor het lijden in 'oorzaak en gevolg'. Ze kijken achteruit en zoeken naar een verband tussen zonde in het verleden en lijden in het heden.
De Bijbel kijkt echter hoopvol vooruit en zoekt niet zozeer naar verklaringen in de oorsprong maar veeleer in de doelstelling van het lijden.
Het doel van lijden wordt niet gezien in zijn oorzaak, maar in zijn resultaat (in wat het bewerkt). De blindgeborene was zo geboren opdat de werken van God in hem openbaar zouden worden (Joh.9:3).
Maar soms lijkt het wel of er geen goed uit het boze kan voortkomen. Mensen wachten tevergeefs. Ze vinden Gods traagheid lastig. Ze worden moedeloos en geven vaak hun geloof op.
De Bijbel prijst Gods zelfbeheersing. Wat Zijn rechtvaardigheid in de lange processen van de geschiedenis uitwerkt, soms over verschillende eeuwen heen, zijn deel van ons bestaan in de tijd. Het is eenvoudiger om de hand van God te zien in de spectaculaire en onmiddellijke handelingen van God. Net zo goed is de zondaar die niet meteen wordt gecorrigeerd geneigd om Gods geduld in het uitvoeren van Zijn recht te verachten en het te zien als een teken van onverschilligheid of zelfs van afwezigheid.
We moeten al even geduldig zijn als God zelf om het eindresultaat te zien, of om te blijven leven in geloof zonder iets te zien. Maar te gelegener tijd zullen wij oogsten, als we niet verslappen (zie Gal. 6:9).
Vrij vertaald en bewerkt naar "Job", een commentaar door Francis I. Andersen, uit de reeks Tyndale OT Commentary, pag. 68. Gelezen bij Tony Reinke.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten