Uit een brief door Russell Moore tot een ongeboren jongetje dat geadopteerd zal worden.
"Mijn gebed voor jou is dat je zal zien hoe ontzettend geliefd je bent. Je moeder van geboorte hield van je of je zou er gewoon al niet zijn om dit te lezen. Je ouders hebben je lief en zullen dat altijd doen, wat er ook gebeurt. En wat nog belangrijker is: de God die je schiep houdt genoeg van je om je in je leven een beeld te laten zien van wat Hij voor elk van ons wil: dat we geadopteerd zouden worden, voor het leven, in zijn gezin.
Ik bid dat je op een dag, wanneer je oud genoeg bent, een bepaald vorm van onvrede zult kennen met je leven. Ik bid dat dit niet zal komen omwille van je omstandigheden, en al zeker niet omdat je geadopteerd bent. Maar wel omdat je, zoals wij allen, een zondaar bent die genade nodige heeft; een geestelijk weeskind dat een Vader nodig heeft. En ik bid dat je naar de geschiedenis zult kijken waar je ouders in geloven. Ik bid dat je naar Jezus’ bebloede kruis zult kijken als voldoende hel voor jou en naar Jezus’ lege graf als voldoende leven voor jou. Ik bid dat je zult leren, boven alle dingen, om twee dingen te zeggen: ‘Jezus is Heer’ en ‘Abba, Vader’. Ik beloof je: hij zal er zijn om je te ontvangen, om zich over je te verheugen. Dit doet Hij altijd.
Nogmaals, ik ken je nog niet. Maar ik kijk er naar uit je op een dag te ontmoeten, als je broeder. Als het niet in je volgende één tot honderd jaar van je leven is, dan in de miljoenen meer die we voor ons hebben in een nieuwe schepping in Christus. Ik hoop dat je daar met me zult zijn in een wonderbaarlijke ontelbare schare van ex-weeskinderen als wij. Het is alleen dan dat jij, en ik, volkomen zullen weten wat het betekent om geadopteerd te zijn, geadopteerd voor het leven."
Het volledige verhaal lees je hier.
Mijn eerste bron was Justin Taylor. De vrije vertaling is van mezelf.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten