Dick Lucas, een vermaard Brits predikant, hield ooit een preek waarin hij een denkbeeldig gesprek weergeeft tussen een christen uit de oude kerk en zijn buurvrouw in Rome.
‘Hé’, zegt de buurvrouw, ‘ik heb gehoord dat jij religieus bent! Wat goed zeg! Religie is goed. Waar staat jouw tempel, waar is jouw heilige plaats?’
‘Wij hebben geen tempel’, zegt de christen. ‘Jezus is onze tempel.’
‘Geen tempel? Maar waar werken jullie priesters dan, waar voltrekken ze hun rituelen?’
‘Wij hebben geen priesters om Gods nabijheid te bemiddelen’, antwoordt de christen. ‘Jezus is onze priester.’
‘Geen priesters? Maar waar breng je dan offers om bij God in de gunst te komen?’
‘Wij hebben geen offers nodig’, antwoordt de christen. ‘Jezus is ons offer.’
‘Wat is dat voor religie?’, sputtert de heidense buurvrouw?
En het antwoord luidt: het is helemaal geen religie.
Tim Keller, ‘Kruistocht – Het leven van koning Jezus’, uitg. Van Wijnen – Franeker, 2011, blz. 67
Geen opmerkingen:
Een reactie posten